Ik vraag me af waarom ik deze blog überhaupt nog in het Nederlands schrijf, want tegenwoordig hoort alles in het Engels, blijkbaar. Maar over dingen die je nauwelijks kunt veranderen, kun je je het beste alleen maar verwonderen. Wat ik in het geval van buitenlandse invloeden in onze taal graag doe, quad erat hierbij demonstrandum.
Mijn taalliefhebbende oog viel op de verpakking van het vegetarische merk Garden Gourmet dat “made from ingredients you know” roept. Op het woord ‘balletjes’ na (dat klinkt blijkbaar leuker in het Nederlands) zijn alle woorden die je zonder leesbril kunt lezen in het Engels. Terwijl de verpakking zich duidelijk richt op Nederlanders.
“Made from ingredients you know” is in het geval van vleesvervangers geen sterk argument trouwens. Toen mijn destijds tienjarige broer op een boerencamping de super schattige koetjes leerde kennen die de ingrediënten vormden van zijn gehaktballetjes, werd hij acuut vegetariër.
De meest gehoorde klacht van taalpuristen is het nodeloos gebruiken van buitenlandse (meestal: Engelse) woorden wanneer daar een prima Nederlands alternatief voor is. Waarom niet gewoon “Gemaakt van ingrediënten die je kent?” Nou ten eerste omdat je dan dus opeens inziet dat het een onzinargument is. Je kunt met taal heel wat bullshit verbloemen, dat weten marketingmensen maar al te goed. Dingen klinken beter in een andere taal. Juist omdat het niet je moedertaal is klinkt het exotischer, spannender en interessanter. ‘Vegan’ klinkt veel minder vies dan ‘veganistisch’, ‘overnight oats’ 1000 keer hipper dan ‘’s nachts geweekte havermout’ en ‘made from ingredients you know’ veel overtuigender.
Overigens waren de Engelsen zelf ooit nog veel beter in het overnemen van vreemde woorden in hun taal. Bijna een derde (29%) van de huidige lingua franca bestaat uit Franse woorden! Denk aan woorden als information, attention, comfortable et cetera (read more). Maar vooral véél woorden over eten: menu, salade, restaurant (hee, die woorden kennen wij ook!). Het meest intrigerend vind ik dat Engelsen verschillende woorden hebben voor een dier en het vlees van dat dier:
- Pig – pork (Frans: porc)
- Cow – beef (Frans: boeuf)
- Chicken – poultry (Frans: poulet)
- Sheep – mutton (Frans: mouton)
Eeuwenlang was Frans de taal van de Engelse elite. Zij gebruikten niet de ordinaire eigen woorden om het stukje varkens- of rundvlees op hun bord aan te duiden, maar de sjiekere Franse termen.
And isn’t it ironic: in Nederland, waar wij ook eeuwenlang Franse woorden leenden om onze eigen taal op te fleuren, worden hippe stukjes vlees nu ‘beef’ genoemd, of ‘(pulled) pork’. Geleend van onze Engelse buurman, die het weer van zijn Franse buur geleend heeft.
Vrijwel alle woorden op de voorkant van de vegetarische balletjes-verpakking (garden, gourmet, simply) komen oorspronkelijk uit het Frans. Ook het woord ingredients heeft, net als ons woord ingrediënten, een Franse oorsprong (en komt uiteindelijk uit het Latijn, maar dat vindt alleen Thierry Baudet een hippe taal).
Enfin. Anglicismen an sich zijn steeds meer bon ton, constateerde De Speld 5 jaar geleden al. Ergens mogen we zelfs blij zijn dat vegetarische balletjes inmiddels zo normaal zijn, dat ook zij verkocht mogen worden met hippe Engelse woorden.
Lees ook: